Generatie C6

Willem de Wit 1754 – 1796 ~ Neeltje van Es 1761 – 1846 ~ Anthonie van Hemert 1769 – 1820

Afbeelding van een bruiloft van de boerenstand met koetsen. Handgekleurde lithografie, eind 18e eeuw
Bruiloftstoet van de boerenstand met koetsen. De bruid strooide bruidsuikers uit naar een juichende menigte. Dat was een vast onderdeel van de bruiloft. Het symboliseerde vruchtbaarheid en de hoop op een kinderrijk huwelijk. Handgekleurde lithografie, eind 18e eeuw

C6 Willem de Wit, ook genoemd de With werd geboren in Gerverscop en gedoopt in Harmelen op 3 november 1754. Willem was een zoon van Stijntje Willemsdochter van Zwol en Klaas Jans de Wit (C5). Hij trouwde op 26 jarige leeftijd in Waarder op 21 april 1782 met de 21 jarige Neeltje van Es, een bloedverwante in de 6e graad. Haar moeder was een achternicht van zijn vader. Neeltje werd geboren in het Zuideinde van Portengen en gedoopt in Kockengen op 1 februari 1761. Ze was de oudste dochter van Paulus Thomasse van Es en Magdalena Claasdochter de Wit (B5) uit Waarder. 

Gezicht op het dorp Kockengen, met rechts de gereformeerde kerk waar Neeltje van Es en haar vijf oudste dochters, en de kinderen van hun buurman Anthony van den Bosch (C7) gedoopt werden. Tekening van Dirk Verrijk, circa 1762.
Gezicht op het dorp Kockengen, met rechts de gereformeerde kerk waar Neeltje van Es en haar vijf oudste dochters, en de kinderen van hun buurman Anthony van den Bosch (CC7.1) gedoopt werden. Tekening van Dirk Verrijk, circa 1762.

Neeltje en Willem vestigden zich in het Zuideinde van Portengen, nabij Kockengen. Daar pachtte Willem de Wit ter hoogte van Portengen 19 een hofstede, berg, schuur, huijzinge (personeelshuisvesting), een boomgaard en ongeveer 29 morgen land van Adrianus van den Bosch uit Utrecht (1). Van 1785 tot 1788 was Willem de Wit schepen (wethouder) van het gerecht Portengen Zuideinde. De eerste twee jaar vervulde hij deze functie samen met zijn buurman Anthony van den Bosch (broer van de landheer). Eind 1791 verhuisden Neeltje en Willem uit Portengen en vestigden zich met hun vijf dochters in het buurtschap Gerverscop, bij Harmelen. Een paar maanden later werd voor de kinderen een akte van indemniteit afgegeven door de schout van ’t Zuijdeijnde van Portengen.

Akte van indemniteit 22 augustus 1792, voor ‘Steijntje oud suijne neegen Jaaren, Magdalena oud suijne agt Jaaren, Niesje oud suijne Zes Jaaren, Marretje oud suijne vier Jaaren en Annigje, oud omtrent twee Jaaren’ (2).
Akte van indemniteit 22 augustus 1792, voor ‘Steijntje oud suijne neegen Jaaren, Magdalena oud suijne agt Jaaren, Niesje oud suijne zes Jaaren, Marretje oud suijne vier Jaaren en Annigje, oud omtrent twee Jaaren (2).

Een akte van indemniteit was een waarborg voor sociale zorg. Want in die tijd – toen kerk en staat nog niet gescheiden waren – speelde de kerk niet alleen op religieus gebied een rol – maar behoorde ook onderwijs en armoede zorg tot de taken van een kerkgenootschap. Die zorg was overal in het land lokaal geregeld. De onderlaag van de samenleving kon in tijden van grote armoede en hongersnood rekenen op steun. Zowel de gereformeerde als de katholieke kerken hadden een eigen fonds, waaruit armen voedsel, kleding en soms een bijdrage in de huishuur konden verwachten. Die fondsen werden gevuld met inkomsten uit pacht, huur, collectes en individuele giften.

Deze ondersteuning gold echter alleen voor de eigen achterban. Mensen die van elders kwamen, diende een akte van indemniteit te overleggen. Dat gold ook voor nieuwe mensen die op het eerste gezicht een redelijke welstand hadden. In dit geval stelde de schout van ’t Zuideinde van Portengen zich namens de diaconie van de gereformeerde kerk in Kockengen garant voor de kinderen van hun gemeente leden. Mochten ze tot armoede vervallen en moest men hen daar in Harmelen bijstand verlenen, dan kon daarvoor een rekening ingediend worden bij de diaconie van Kockengen.

In Geverscop nam de 37 jarige Willem de Wit de boerderij van zijn 69 jarige vader Klaas Jans de Wit (C5) over en werd de volgende eigenaar van dat boerenbedrijf. Hij volgde hem ook op als schepen van het gerecht Gerverscop – Utenhams. In dit buurtje stond maar één boerderij en de eigenaar moest deze functie vervullen. Willem de Wit deed het werk van 1791 tot 1795. Het jaar daarop kon hij het ambt niet uitvoeren omdat hij ziek was. En op 26 mei 1796 stierf Willem de Wit daar in Gerverscop, hij was nog maar 41 jaar. Zijn 35 jarige hoogzwangere weduwe Neeltje van Es, bleef achter met acht kleine meisjes. Ruim een maand later beviel ze van een jongen, die naar zijn overleden vader werd vernoemd.

Een jaar na het overlijden van Willem de Wit hertrouwde de 36 jarige Neeltje van Es in Harmelen op 14 mei 1797 met de 27 jarige Anthonie van Hemert, die bij haar in dienst was als bouwknecht (voorman). Hij werd geboren op 24 november 1768 in Vleuten en was een zoon van Willemijntje van Donk en Willem van Hemert uit Vleuten. Anthonie continueerde het boerenbedrijf in Gerverscop en werd stiefvader van de negen kinderen van Neeltje. En ze kregen samen nog twee dochters en een zoon.

Formeel waren Neeltje van Es en Willem de Wit de laatste familieleden die tot de boerenstand behoorden. Zijn vroegtijdig overlijden tijdens de Franse overheersing (1795 – 1813) markeert een keerpunt. Want toen ging ook de standenmaatschappij ten onder. De status van boeren en de economische omstandigheden van de agrarische sector veranderde daarna ingrijpend. Door deze ontwikkelingen gingen sommige familieleden ander werk doen en werden er huwelijken buiten de sociale klasse gearrangeerd. Daarbij werd ook gebruik gemaakt van netwerken waarover Anthonie van Hemert beschikte.

Anthonie van Hemert was schepen van het gerecht Gerverscop – Utenhams van 1805 – 1809. In 1811 werd hij samen met Jan Hendriksz Spruijt (CC7.2) beëdigd als lid van de municipale (gemeentelijke) raad der gemeente Laagnieuwkoop. Anthonie overleed op 51 jarige leeftijd op zijn boerderij in Gerverscop op 26 mei 1820. Zijn weduwe Neeltje van Es leefde nog ruim vijfentwintig jaar en bereikte de leeftijd der zeer sterken. Ze werd 81 jaar oud en overleed op 21 juli 1846 op de boerderij van haar dochter Niesje de Wit en schoonzoon Gerrit van den Bosch (C7) ter hoogte van Portengen 25 in de toenmalige gemeente Laagnieuwkoop.

Kinderen van Neeltje van Es:  

 C6.1 Steijntje de Wit, dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren ter hoogte van Portengen 19 in het Zuideinde van Portengen en gedoopt op 16 februari 1783 in Kockengen (3). Net als twee jaar eerder toen haar nichtje met dezelfde naam (C5.5) daar gedoopt werd, trad grootmoeder Stijntje van Swol op als getuige. Toen Steijntje 8 was verhuisden ze naar Gerverscop en daar overleed ze voor 1811. 

C6.2 Magdalena de Wit, roepnaam Helena dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren ter hoogte van Portengen 19 in het Zuideinde van Portengen en gedoopt in Kockengen op 15 augustus 1784. Doopgetuige was haar oma Magdalena Claasdochter de Wit (B5) naar wie ze werd vernoemd. Ze trouwde op 22 maart 1807 in Harmelen met Pieter van Bemmel. Zie B7

C6.3 Niesje de Wit, dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren ter hoogte van Portengen 19 in het Zuideinde van Portengen en gedoopt in Kockengen op 9 maart 1786. Doopgetuige was haar tante Niesje de Wit (C5.7). Ze trouwde op 22 maart 1807 in Harmelen met haar buurjongen Gerrit van den Bosch. Zie C7

C6.4 Marretje de Wit, dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren ter hoogte van Portengen 19 in het Zuideinde van Portengen en gedoopt in Kockengen op 22 juni 1788. Doopgetuige was haar oma Magdalena Claasdochter de Wit (B5). Toen ze 3 was verhuisden ze naar Gerverscop. Vier jaar later overleed haar vader daar en het jaar daarop hertrouwde haar moeder en werd Anthonie van Hemert haar stiefvader. Marretje de Wit trouwde op 22 jarige leeftijd in Harmelen op 26 november 1810 met de 30 jarige Willem de Haan. Hij was een zoon van Marrigje Niermeijer en Hendrik de Haan en werd geboren in het buurtschap Barwoutswaarder en gedoopt in Waarder op 16 januari 1780.

Marretje en Willem woonde al voor hun trouwen samen in het Zuideinde van Portengen, waar zijn vader een hoeve met ruim 9 morgen landbouwgrond bezat (4). Vier maanden na hun huwelijk op 27 maart 1811 werd hun oudste dochter Marrigje de Haan geboren op de boerderij van Willems ouders in het buurtschap Barwoutswaarder, te Waarder.

Daarna vestigden ze zich op een boerenbedrijf in Wulverhorst, een buurtschap dat toen bij Linschoten hoorde, later zelfstandig werd en vervolgens onder Snelrewaard viel. Ze kregen elf kinderen waarvan er vier op jeugdige leeftijd overleden. Hun zoon Anthonie de Haan huwde in 1845 met zijn nicht Neeltje van den Bosch (C7.3). Vader Willem de Haan was negen jaar daarvoor overleden op 19 augustus 1836, hij werd 56 jaar. Zijn overlijden werd geregistreerd in de gemeente Snelrewaard. Marrigje de Wit stierf vijfendertig jaar later op haar boerderij in het buurtschap Wulverhorst onder Snelrewaard. Ze werd 84 jaar oud en overleed op 21 januari 1872.

C6.5 Annigje de Wit, dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren ter hoogte van Portengen 19 in het Zuideinde van Portengen en gedoopt in Kockengen op 5 december 1790. Op haar doopbewijs staat Annigje de Wit vermeld als doopgetuige. Dat was vermoedelijk haar 69 jarige oudtante Annigje Claasdochter de Wit (4.1.1) naar wie ze vernoemd werd. Toen Annigje een jaar was verhuisden ze naar Gerverscop. Vier jaar later overleed haar vader daar en het jaar daarop hertrouwde haar moeder en werd Anthonie van Hemert haar stiefvader. Annigje de Wit trouwde op 21 jarige leeftijd in Harmelen op 26 april 1812 met de 38 jarige Klaas Verhoef. Hij was een zoon van Pietertje Cornelisdochter de Jong en Dirk Claasz Verhoef en werd op 23 januari 1774 geboren in Tienhoven.

Annigje en Klaas vestigen zich op een boerenbedrijf in Baambrugge en kregen zes kinderen. Twee van hen overleden op jonge leeftijd, de anderen werden volwassen en Willem en Dirk Verhoef huwden. Vader Klaas Verhoef overleed op 53 jarige leeftijd in Baambrugge op 22 september 1827. Nog geen jaar later hertrouwde de 37 jarige Annigje de Wit op 24 juli 1828 in Abcoude met de 31 jarige Cornelis de Nooij. Hij was een zoon van Cornelia Jansdochter Hoogland en Cornelis Pieters de Nooij en werd geboren op 10 april 1797 in Oud Loosdrecht.

Het jaar daarop werd Annigje weer weduwe, want op 10 maart 1829 overleed de 32 jarige Cornelis de Nooij op de boerderij in Baambrugge. En op 39 jarige leeftijd trouwde Annigje de Wit voor de derde keer op vrijdag 22 januari 1830 in Abcoude met de 33 jarige Jan van Doorn. Hij werd geboren in Kamerik op 20 juni 1796 als zoon van Gerrigje Hendriksdochter Brunt en Willem Ariens van Doorn. Jans moeder was een nicht van Dirk de Jong de tweede echtgenoot van Aaltje Nap (C5.5). Jan en Annigje kregen twee dochters en alleen Gerritje van Doorn groeide op en huwde. Haar vader Jan van Doorn overleed op 64 jarige leeftijd in Baambrugge op 22 september 1861.

Annigje de Wit overleefde drie echtgenoten. Haar oudste zoon Willem Verhoef was in 1843 met Anna Heincke getrouwd en zij hadden zich op de boerderij in Baambrugge gevestigd en het bedrijf voortgezet. Annigje de Wit woonde bij hen in en overleed daar op dinsdag 22 april 1873, ze werd 82 jaar oud.

C6.6 Neeltje de Wit, dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren in Gerverscop en gedoopt in Harmelen op 8 april 1792. Doopgetuige was haar tante Niesje de Wit (C5.7). Neeltje was 4 jaar toen haar vader overleed en een jaar later hertrouwde haar moeder en kreeg ze een stiefvader. Neeltje overleed in Gerverscop op 22 jarige leeftijd aan koorts op 23 april 1814. Aangifte daarvan werd gedaan door haar stiefvader Anthonie van Hemert.

C6.7 Jannegie de Wit, ook genaamd Jannigje dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren in Gerverscop en gedoopt in Harmelen op 21 juli 1793. Doopgetuige was haar tante Aaltje Nap (C5.5). Jannigje was 3 jaar toen haar vader overleed en een jaar later hertrouwde haar moeder en werd Anthonie van Hemert haar stiefvader. Jannegie de Wit trouwde op 20 jarige leeftijd in Harmelen op 2 februari 1814 met de 38 jarige Willem van der Neut. Hij werd op 2 februari 1776 geboren in Waarder en was een zoon van Annigje Ariesdochter Pols en Willem Gerrits van der Neut. Getuigen bij hun huwelijk waren haar zwagers Pieter van Bemmel (B7)Gerrit van den Bosch (C7)Willem de Haan (C6.4) en Klaas Verhoef (C6.5).

Jannigje en Willem vestigden zich op een boerderij in Kockengen. Toen ze vijf maanden getrouwd waren werd daar hun dochter Neeltje van der Neut geboren. Daarna kregen ze nog dertien kinderen, waarvan er drie op jonge leeftijd overleden. De anderen groeiden samen met Neeltje op in Kockengen en huwden. Zij trouwde in 1836 met veehouder Willem van Doorn uit Kamerik. Hij was een halfbroer van Jan van Doorn, de 3e echtgenoot van haar tante Annigje de Wit (C6.5). Hij werd geboren in Kamerik in 1805 als zoon van Aaltje Claasdochter Brunt en Willem Ariens van Doorn. Neeltje van der Neut overleed op 34 jarige leeftijd in 1848. Haar weduwnaar Willem van Doorn hertrouwde het jaar daarop in 1849 met haar 30 jarige zus Aartje van der Neut. Willem van Doorn stierf kinderloos in 1850, hij werd 45 jaar.

Zijn zwager Gerrit van der Neut die in 1833 werd geboren in Kockengen, huwde in 1867 met Jannigje Stigter een kleindochter van Gijsbert Jans Hoogendoorn en Cornelia Jansdochter Bos (D5.1.6). Zij hebben het boerenbedrijf van zijn ouders voortgezet. Zijn vader Willem van der Neut werd 78 jaar en was dertien jaar eerder, op 14 maart 1854 overleden in Kockengen. Diens weduwe Jannegie de Wit overleefde hem vierentwintig jaar en stierf op 18 juli 1878. Ze werd 85 jaar oud en woonde in bij haar dochter Antje en haar man Jan Hoogendoorn die een boerderij in de gemeente Ruwiel bij Breukelen hadden. 

C6.8 Claasje de Wit, dochter van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren in Gerverscop op 21 oktober 1794. Ze werd gedoopt in Harmelen op 26 oktober 1794. Doopgetuige was haar tante Niesje de Wit (C5.7). Claasje was een jaar oud toen haar vader overleed en het jaar daarop hertrouwde haar moeder en werd Anthonie van Hemert haar stiefvader. Claasje trouwde op 26 jarige leeftijd op 13 januari 1821 in Harmelen met haar 26 jarige buurman en achterneef Cornelis Noordhoven. Hij werd geboren in Gerverscop op 22 januari 1794 en gedoopt in Harmelen op 27 januari 1794. Doopgetuige was zijn grootmoeder Willemijntje Verdouw (4.2.4) die ter hoogte van Haanwijk 15/17 woonde. Cornelis was een zoon van Marrigje Cornelisdochter de Wit en Hannes Noordhoven.

Na hun huwelijk vestigden Claasje en Cornelis zich op de boerderij van zijn ouders in Gerverscop. Ze kregen drie zoontjes die maar kort leefde. Ook kregen ze een dochter, Marrigje Noordhoven die trouwde en nageslacht had. Claasje de Wit overleed daar in Gerverscop op 25 november 1842, ze werd 48 jaar oud.

Cornelis Noordhoven hertrouwde op 50 jarige leeftijd in Harmelen op 20 november 1844 met de 27 jarige Dirkje Oudenes. Ze was een zus van Teunis Oudenes de tweede echtgenoot van Jannigje de Wit (A6.9). Ze werd geboren in Bodegraven op 2 mei 1817 en was een dochter van Geertje Pietersdochter Vermeulen en Frank Teunisz Oudenes. Dirkje en Cornelis kregen een dochter en een zoon, genaamd Klaasje en Cornelis Noordhoven die samen met hun halfzus Marrigje opgroeiden en huwden. Hun vader Cornelis Noordhoven werd 53 jaar, hij overleed op zijn boerderij in Gerverscop op 6 oktober 1847. En Dirkje Oudenes werd 63 jaar oud en overleed daar op 8 november 1880.

C6.9 Willem de Wit, zoon van Neeltje van Es en Willem de Wit werd geboren in Gerverscop op 12 juli 1796. Zijn vader was ruim een maand daarvoor overleden. De kleine Willem werd naar hem vernoemd en gedoopt in Harmelen op 17 juli 1796. Doopgetuige waren zijn tante Niesje de Wit (C5.7) en zijn 73 jarige grootvader Klaas Jans de Wit (C5). In dit geval ging het om peterschap, hetgeen toen ook in protestantse kringen voorkwam. Want deze doopgetuigen waren bereid voor dit jongetje te zorgen, indien hij ook zijn andere ouder zou verliezen. Een jaar later hertrouwde zijn moeder en werd Anthonie van Hemert zijn stiefvader.

Willem trouwde op 26 jarige leeftijd in Harmelen op 14 november 1822 met zijn 23 jarige buurmeisje Marrigje van Vliet, ook genoemd Marritje. Ze werd geboren op 20 oktober 1799 in Gerverscop en was een dochter van Marritje Hendriksdochter Spruijt en Klaas van Vliet. De moeder van Marrigje van Vliet was een zus van Jan Hendriksz Spruijt, de man van Geertruij van den Bosch (CC7.2). En haar vader was een kleinzoon van Gerrit Jans van Vliet, een halfbroer van Jannigje van Vliet de eerste vrouw van Jacob de Wit (C5.5).

Marrigje en Willem vestigden zich op een boerenbedrijf in Wulverhorst bij Linschoten. Later gingen ze in Ouderkerk aan de IJssel wonen. Ze kregen vijftien kinderen, enkelen overleden op jonge leeftijd. Matje, Neeltje, Nicolaas, Willemijntje, Maria Magdalena, Marrigje en Willem de Wit groeiden op en huwden. Hun vader Willem de Wit overleed in Ouderkerk aan de IJssel op 52 jarige leeftijd op 6 maart 1848.

Drie jaar later hertrouwde de 51 jarige Marrigje van Vliet op 28 februari 1851 in Ouderkerk aan de IJssel met de 55 jarige weduwnaar Jan Trouwborst. Hij werd daar geboren in 1795 als zoon van Marrigje Snoek en Teunis Trouwborst. Jan was net als Marrigjes zonen Nicolaas en Willem de Wit arbeider op één van de steenfabrieken daar. Ook werkte hij als schipper. Jan Trouwborst overleed vierentwinig jaar later op 79 jarige leeftijd in Ouderkerk aan de IJssel op 5 augustus 1875. Zijn 75 jarige weduwe Marrigje van Vliet trok in bij haar jongste dochter Marrigje de Wit. Die was in 1867 getrouwd met Arie van der Wouden en woonde in de polder Oudshoorn bij Alphen aan de Rijn. Marrigje van Vliet verhuisde daarheen op 6 oktober 1875. Ze overleed er omstreeks 1880 en werd ongeveer 80 jaar oud.

C6.10 Willemijntje van Hemert, dochter van Neeltje van Es en Anthonie van Hemert werd geboren in Gerverscop op 9 januari 1800 en gedoopt in Harmelen op 24 januari 1800. Doopgetuige was haar tante Johanna de Waerdt, vrouw van Jan van Hemert een broer van haar vader. Willemijntje stierf op de boerderij in Gerverscop op 4 november 1811, ze werd 11 jaar oud.

C6.11 Paulus van Hemert, zoon van Neeltje van Es en Anthonie van Hemert werd geboren in Gerverscop op 22 januari 1802 en gedoopt in Harmelen op 24 januari 1802. Doopgetuige was zijn tante Marrigje van Es (B5.6). Paulus stierf op de boerderij in Gerverscop op 21 februari 1823, hij werd 21 jaar oud.

C6.12 Teuntje van Hemert, dochter van Neeltje van Es en Anthonie van Hemert werd geboren in Gerverscop op 26 mei 1803 en gedoopt in Harmelen op 28 mei 1803. Doopgetuige was haar tante Johanna de Waerdt, vrouw van Jan van Hemert een broer van haar vader. Teuntje trouwde op 21 jarige leefijd in Harmelen op 17 maart 1825 met de 21 jarige Huijbert Ariens van Oosterom, ook geschreven als van Oostrum. Hij was een bloedverwant van Annigje Kortleven (B6) en werd geboren in het Noordeinde van Portengen op 14 februari 1804, als zoon van Engeltje Kool en Arie Huijberts van Oosterom. Toen Teuntje en Huijbert een half jaar getrouwd waren, werd in haar ouderlijk huis in Gerverscop hun oudste dochter geboren. Later kwamen daar nog elf kinderen ter wereld.

Teuntjes vader Anthonie van Hemert was vijf jaar voordat ze trouwde, overleden. Haar moeder Neeltje van Es was eigenaar van de boerderij in Gerverscop en deed de bedrijfsvoering. Teuntje van Hemert en haar man Huijbert van Oosterom woonden en werkten daar tot omstreeks 1840. Rond die tijd verkocht Neeltje van Es haar boerenbedrijf in Gerverscop aan Teuntjes halfzus Niesje de Wit en haar man Gerrit van den Bosch (C7). Ze ging bij hen in het Zuideinde van Portengen wonen.

En Teuntje van Hemert en Huijbert van Oosterom vestigden zich op pachtboerderij Javarust gelegen ter hoogte van Zuidzijde 117 in Bodegraven. Naderhand volgde hun zoon Arie Huibert van Oosterom hen op en zijn nazaten hebben daar nog steeds een boerenbedrijf in eigendom. Drie andere kinderen – Anthonie, Paulus en Neeltje van Oosterom – huwden met Annigje, Pietertje en Jan-Thomas Bos. Dat waren twee dochters en een zoon van buurtgenoten Lijsje Beijen en Johannes Jans Bosch (D6.10) wonend op boerderij Boslust ter hoogte van Zuidzijde 71 in Bodegraven. De oudste zoon Anthonie van Oosterom – die op 28 augustus 1853 in Bodegraven trouwde met Annigje Bos – vestigde zich op het boerenbedrijf van zijn oom Willem de Wit (C6.9) in Wulverhorst bij Linschoten. Hij was heemraad van het waterschap Wulverhorst van 1864 tot 1876.

Teuntje van Hemert overleed op 53 jarige leeftijd op 26 oktober 1856 op boerderderij Javarust, ter hoogte van Zuidzijde 117 in Bodegraven. Haar weduwnaar Huijbert Ariens van Oosterom overleed twintig jaar later op 72 jarige leeftijd in Aarlanderveen bij Alphen aan de Rijn op 27 mei 1876. Hij woonde in bij zijn dochter Teuntje van Oosterom. Zij trouwde in 1866 met landbouwer Jan Baelde en ze hadden daar een akkerbouwbedrijf.